Programmerende kinderen op Stadhouder Willem III in Ede zijn slimmer dan de juf
„Wanneer pijltje rechts wordt ingedrukt > schuif in 1 sec. naar x:150 y:55 > als raak ik Sam? dan zend signaal bericht1.” Voor velen is dit geheimtaal, maar niet voor de leerlingen uit de Torengroep, de plusklas van de Stadhouder Willem III-school in Ede. Net als steeds meer Nederlandse basisschoolkinderen krijgen zij elke week les in programmeren.
De tien kinderen van de plusklas, een klas met kinderen die een extra uitdaging nodig hebben, van de reformatorische basisschool in Ede zitten achter hun laptop. Sommigen hebben een hoofdtelefoon op en zitten geconcentreerd te werken, anderen zitten op de grond met hun rug tegen de verwarming. Op de grond ligt een wirwar aan verlengsnoeren, stekkerdozen en opladers. Vier jongens zijn aan het programmeren. Ze gebruiken daarvoor het programma Gamestudio of het moeilijkere Scratch. Bij dat programma leren de kinderen de beginselen van het werken met een programmeertaal.
„Het is echt het hoogtepunt van de week”, vindt Korstian (11) uit groep 8. Hij is net klaar met het programmeren van een soort tafeltennisspel. Een paars balletje beweegt van links naar rechts. Met behulp van de pijltjestoetsen moet je met groene balkjes voorkomen dat het balletje de zijkant raakt. Het balletje versnelt en vertraagt op willekeurige momenten. „Dat heb ik zo geprogrammeerd omdat het anders te makkelijk is”, vertelt Korstian.
Jan (11) uit groep 8 is bezig een voetbalspel te maken dat je met twee personen kunt spelen. Sam, de keeper, wordt door de ene speler bestuurd, de bal door speler 2. Als keeper Sam de bal tegenhoudt, moet in grote rode letters het woord GOAL! met een zwart kruis erdoor verschijnen. Hoe programmeer je zoiets? Jan weet het even niet meer. Zijn klasgenoot Jonathan (11) helpt hem erbij. „Kijk, je moet hier tussen ”als, ,dan” de waarneming zetten dat de bal Sam raakt. Daaronder moet je de gebeurtenis ”zend signaal bericht1” zetten. Snap je?”
Kinderen blijken nogal eens slimmer dan de juf. Ze lossen met elkaar de problemen op, merkt juf Bal. „Als ze er samen ook niet uitkomen, kunnen ze mijn hulp inroepen, maar ik snap ook niet alles van het programmeren. Daarom heb ik een docentenhandleiding, maar die heb ik nog nooit hoeven te gebruiken.”
Geplaatst op vrijdag 1 december 2017 door tekst Chris Klaasse, beeld RD