Groep 8 Eben Haëzerschool: Leuk leren door te doen (video)

Welke meester vliegt er nu met een drone door de klas om opdrachten uit te delen? „De onze!” roepen de kinderen van groep 8 van de Eben Haëzerschool in Lienden. Ja, deze groep is een beetje... eh, apart.

De drone is slechts een van de vele dingen die deze groep 8 anders maakt dan een gemiddelde klas. „We zijn inderdaad best apart”, zegt Luc. Volgens hem zijn de lessen nooit normaal. „Tijdens een aardrijkskundeles hebben we eens een tsunami nagemaakt.”

Anneke vindt rekenen met inhoudsmaten nogal lastig. „Maar meester Jansen pakt er gewoon een stel kannen met water bij. Dan begrijp je het een stuk beter.” De werking van buskruit uitleggen? Dan steek je toch gewoon wat vuurwerk af? Wel buiten natuurlijk…

Deze groep leert door te doen. Enrico knikt en geeft een voorbeeld. „Elke donderdag is het ”English Day” in onze klas. Dan praat de meester de hele dag Engels. Zo worden we een beetje tweetalig opgevoed.”

Speciale gast
Even later staat er een quiz over Amerika op het digibord. „Jongens, ik heb een speciale gast meegenomen”, zegt meester Jansen. „Wacht, dan haal ik hem even op.” De kinderen beginnen te grinniken. „Nou, die komt straks terug met Obama”, grapt de één. „Of met Trump”, roept een ander. „Nee hoor, hij gaat zich verkleden”, denkt een derde.

En die heeft het bij het rechte eind. De meester komt met een cowboyhoed op het hoofd terug, kauwend op een grassprietje. In plat Amerikaans begint hij met de quiz. De kinderen doen hun best om de juiste antwoorden op te schrijven. Wanneer ontdekte Columbus Amerika? Was het in 1588? Of toch 1492?

Marshmallows
Spelenderwijs leren de kinderen belangrijke dingen over Amerika. Maar er is meer. Binnen enkele minuten staan er waxinelichtjes op de tafeltjes en proberen de kinderen van spekjes echte Amerikaanse marshmallows te maken. „Oei, beetje zwart”, zegt een meisje terwijl ze een gitzwart rond ding in de lucht houdt.

Op het orgel staat een lamp. Hij geeft groen licht. „Dat is het plaslampje”, legt Joran uit. „Als hij op rood staat, is het verboden om naar de wc te gaan. Groen is vrij en een ander kleurtje is bezet.” Achter de meester staat nog een soort stoplicht met gezichtjes. Bart-Jan weet wat dat is. „Als we te veel herrie maken, gaat hij van groen naar oranje. Is het al te bar, dan springt hij op rood en begint hij te loeien.”

Elkaar helpen
In deze groep 8 gaat het er gezellig aan toe. In de hoek van de klas hangt ledverlichting, overal bevinden zich platen aan de muur en de instructietafel staat bomvol met spullen uit Amerika.

Of de kinderen goed met elkaar omgaan hier? Dat weet David wel. Hij heeft last van epilepsie en is soms lang ziek. „Van de anderen krijg ik dan mooie kaarten”, vertelt hij. „We staan altijd voor elkaar klaar en helpen waar dat nodig is.” Dat gebeurt niet alleen wanneer iemand ziek is, maar ook bij gewone dingen zoals een gymles.

Meester Jansen neemt de kinderen mee naar buiten. „We gaan energizen”, zegt Nina terwijl ze op het plein staat. „Dat is even lekker actief bezig zijn om je daarna weer goed te kunnen concentreren.”

De groep doet een leuk spel in een kring met stokken en snelle bewegingen. Na tien minuten zijn de hoofden rood en is meester Jansen tevreden. „Iedereen weer scherp? Mooi, dan gaan we aan het werk.”